- Nederlandse huishoudens zagen het beschikbare inkomen afgelopen jaar toenemen, ook als je dit corrigeert voor de inflatie.
- Er is sprake van een stijging van 1,4 procent, zo heeft het CBS becijferd.
- De stijging van het reële inkomen is vooral het gevolg van hogere cao-lonen
- Lees ook: Koopbereidheid consument verbetert: alleen voor grote aankopen overheerst nog terughoudendheid
Huishoudens hadden vorig jaar gemiddeld meer te besteden dan een jaar eerder. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) op basis van nieuwe cijfers. Volgens het statistiekbureau is de voornaamste reden hiervoor de stijging van de lonen.
Het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens nam vorig jaar toe met 1,4 procent. Dit is de toename van het beschikbaar inkomen, gecorrigeerd voor prijsstijgingen.
Zowel werknemers als zelfstandigen hielden meer over. De beloning van werknemers groeide gemiddeld met 7,7 procent. Cao-lonen waren 6 procent hoger. Ook groeide het aantal banen van werknemers met 1,3 procent. Onder meer in de horeca en landbouw steeg het inkomen van zelfstandigen.
Het totaal aan ontvangen uitkeringen steeg met 11,6 procent. Dat komt vooral omdat uitkeringen vaak zijn gekoppeld aan het minimumloon en dat steeg vorig jaar fors.
De hypotheekschuld nam vorig jaar toe met 12,9 miljard euro vergeleken met een jaar eerder en liep op tot 826,2 miljard euro, becijferde het CBS ook. Daarmee liep de schuld minder sterk op dan vorig jaar, wat volgens het statistiekbureau komt doordat de huizenprijzen daalden en er minder woningen werden verkocht. Als percentage van het bruto binnenlands product (bbp) was de hypotheekschuld 79,9 procent en dat is het laagste niveau sinds 2001.
Op basis van cijfers over het reëel beschikbaar inkomen kan niet gezegd worden hoe de ontwikkeling van de inkomens verdeeld is over verschillende typen huishoudens, aldus het CBS.
Begrotingstekort van overheid iets hoger in 2023: Staat gaf €3,5 miljard meer uit dan er binnenkwam
Terwijl huishoudens hun inkomen zagen stijgen, heeft de Nederlandse overheid wel meer uitgegeven dan er aan belastingen binnenkwam afgelopen jaar. Het begrotingstekort bedroeg 3,5 miljard, aldus het CBS.
Volgens het statistiekbureau betekent dit dat het overheidstekort is opgelopen tot 0,3 procent van de totale omvang van de economie. Een jaar eerder bedroeg dit tekort nog 0,1 procent. Daarmee voldoet Nederland nog wel ruim aan de norm van Brussel die staat op maximaal 3 procent.
De totale uitgaven gingen met bijna 8 procent omhoog. Er ging voornamelijk meer geld naar sociale uitkeringen, waaronder ook de zorguitgaven vallen. De overheid verhoogde onder meer de toeslagen. Daarnaast was de overheid miljarden extra kwijt aan de salarissen van overheidspersoneel.
De inkomsten gingen ook omhoog, met 7 procent. De belastingen en premies stegen met wel 35 miljard euro. Maar daartegenover stonden lagere overige inkomsten. Mede door lagere energieprijzen verdiende de overheid minder aan aardgas.
Volgens het CBS is het tekort van de overheid over afgelopen jaar lager uitgevallen dan eerder door het Centraal Planbureau (CPB) en het ministerie van Financiën werd geraamd, iets wat de laatste jaren vaker voorkomt. Zo ging de Najaarsnota in november nog uit van een min van 1,8 procent.
Het CBS becijfert verder dat de schuld van de overheid eind vorig jaar 481 miljard euro bedroeg. Dit was nagenoeg evenveel als een jaar eerder. Daarmee bedroeg de overheidsschuld 46,5 procent van de totale omvang van de economie. De Europese norm hiervoor gaat uit van een maximale schuld van 60 procent van het bruto binnenlands product (bbp).
